Een mooi moment in onze vieringen vind ik altijd het moment, waarop we elkaar de vrede wensen. Ooit aarzelend geïntroduceerd in Twente, komen aanwezigen tegenwoordig uit de banken om elkaar de hand te geven. De kerk komt tot leven. Soms kolkt en bruist het op zulke momenten. Dan waait de heilige Geest door de kerk.
Die vrede wensen we elkaar natuurlijk niet zomaar. Niet alleen omdat het goed is elkaar de vrede toe te wensen. Het komt ook ergens vandaan. In Johannes 14, 23-29 zegt Jezus nog bij leven: ‘Vrede laat ik u na, mijn vrede geef ik u’. Het is een belofte van een diepere, blijvende vrede, geworteld in Gods liefde. Deze vrede overstijgt menselijke verdeeldheid en angst. Het waren ook de eerste woorden, die onze nieuwe paus Leo XIV uitsprak, toen hij op het balkon van de Sint Pieter verscheen: ‘Vrede zij met u allen’.
Onze nieuwe paus Leo XIV heeft in zijn eerste toespraken benadrukt dat ware vrede niet enkel de afwezigheid van conflict is, maar een actieve houding van gerechtigheid, vergeving en dialoog vraagt. Voor een publiek van journalisten zei hij, dat er een ander soort communicatie nodig is om vrede mogelijk te maken; een communicatie namelijk ‘die niet ten koste van alles streeft naar consensus, geen agressieve woorden gebruikt, niet de cultuur van concurrentie volgt en nooit het zoeken naar de waarheid scheidt van de liefde waarmee we nederig naar die waarheid moeten zoeken’.
Een in liefde gevonden en gedeelde waarheid vormt de basis voor een goede samenleving en is het fundament van de democratie. ‘Vrede’, zo zei de paus, ‘begint in elk individu: In de manier waarop we naar anderen kijken, naar hen luisteren en over hen praten.’
Ik vind het belangrijk en hoopvol dat een wereldleider juist in deze tijd zulke woorden laat horen. Dwars tegen al die andere stemmen in. Het is aan ons om ze ter harte te nemen.
Frank de Heus, pastoraal werker
